Laos - Reisverslag uit Don Det Tok, Laos van Thomas - WaarBenJij.nu Laos - Reisverslag uit Don Det Tok, Laos van Thomas - WaarBenJij.nu

Laos

Blijf op de hoogte en volg Thomas

22 Augustus 2015 | Laos, Don Det Tok

Hoi vrienden en familie,

Even een korte introductie van Laos, aangezien het land toch wat minder bekend is dan pak ‘m beet Thailand. Laos was van 1893 tot en met 1954 een kolonie van Frankrijk. De Franse invloed is eigenlijk overal nog terug te zien. Tijdens de Vietnamoorlog was ook Laos de dupe. Er is hier enorm veel gebombardeerd in die periode. Na de Vietnamoorlog werd Laos communistisch. Na de val van de Sovjet-Unie is Laos wat meer gaan hervormen, ondanks dat hier nog altijd een communistische geest hangt (onder andere te zien aan de vele communistische vlaggen overal). Het land is ook pas sinds 1990 open voor toeristen. Het telt slechts 7 miljoen mensen en de munteenheid is de ‘Kip’, wat ik best hilarisch vind. Het geld is overigens vrij verwarrend, aangezien een euro ongeveer gelijk staat aan 9000 Kip. Ik ben dus soms een miljonair, helaas wel in Kip.

Mijn laatste verslag eindigde in Chiang Rai, Noord-Thailand. Vanuit daar ben ik naar Chiang Kong gegaan met een bus, onder het mom ‘ alle ramen en deuren kunnen open’. Het noorden van Thailand kenmerkt zich door de geweldige natuur gecombineerd met enorm veel regen. Chiang Kong is een plaatsje aan de grens met Laos. De ‘Mighty’ Mekong rivier scheidt Thailand en Laos. Ik pak een wat duurder hotel met uitzicht op de Mekong. ‘s Avonds eet ik bij een geweldig Mexiaans restaurant. Alles is homemade en ik word persoonlijk voorzien van akoestische muziek van de eigenaar. Mijn volgende bestemming, Huay Xai, is letterlijk aan de overkant van de rivier. Ik ga hier alleen heen omdat ik aan de Gibbon Experience ga meedoen. De Gibbon Experience is een driedaagse trip door de jungle. Naast het vele hiken, zijn er ook ziplines te vinden waardoor je wat grotere afstanden kan overbruggen. Overnachten gebeurt in boomhutten tientallen meters boven de grond. De grensovergang van Thailand naar Laos verloept zeer soepel. Ik hoef alleen een Visa-On-Arrival te kopen voor 35 dollar. In Huay Xai koop ik een lange broek en wat dikke sokken voor in de jungle.

4 augustus is het dan zo ver. Rond kwart over 8 moet ik op het hoofdkwartier zijn. We krijgen een korte instructievideo over het ziplinen en vertrekken dan richting de jungle. Ons groepje bestaat uit slechts vijf personen: een Amerikaans stel, een Nederlands-Duits stel en ik. Na een tijdje stoppen we op de verharde weg en gaan we lopend de bush-bush in. Daar wacht een Toyota pickup truck op ons. Met 17 (!) man, waarvan 12 werknemers, gaan we over een modderig pad richting een dorpje. Het wordt een bumpy-ride. Omdat het zo modderig is en het pad voornamelijk steil omhoog en omlaag gaat, komen we enkele keren vast te zitten. Na ongeveer 1,5 uur komen we aan in een klein dorpje, waar de gemeenschap nog leeft in de jagers en verzamelaars tijd. Alles wordt hier zelf verbouwd en geproduceerd. Vanaf hier begint het hiken naar de echte jungle. We gaan over steile, smalle paden, door rivieren. De paden zijn zo smal, dat je moet uitkijken dat je niet de afgrond in gaat. Na ongeveer een uur komen we bij de hoofdlocatie aan, waar een grote groep medewerkers zit. We krijgen hier onze zipline-uitrusting. Nu begint het echt. We ziplinen door de prachtige natuur, tientallen meters boven de grond. Het uitzicht is eigenlijk niet te beschrijven. De video die ik heb geupload op facebook geeft een indicatie, maar als je het zelf meemaakt, is het nog veel mooier. Aan het eind van de middag ziplinen we naar onze boomhut. Het heeft drie verdiepingen en bevindt zich zo’n veertig meter boven de grond. De boomhut is gewoon helemaal open, slechts met wat railingen eromheen. Er liggen matrassen en er hangen klamboe’s om in te slapen. Op de onderste verdieping is een kleine ‘badkamer’ met een fantastich uitzicht. Douchen en poepen krijgt hier een nieuwe dimensie, haha. Eten wordt ingeziplined. De twee stelletjes zijn een goede gezelschap. Uiteindelijk gaat iedereen toch redelijk vroeg te bed, het is ook niet meer te houden hier met die miljoenen insecten. Toch af een toe een gilletje moeten plegen als ik in het pikkendonker, met als enige licht in de straal van vele kilometers mijn flashlight, ff naar de wc moest. De eerste nacht was niet de beste uit mijn leven. Je hoort de ratten langs je af lopen in de boomhut, om maar niet te spreken over de insecten die toch een weg door je klamboe hebben kunnen vinden. ‘The jungle never sleeps’.
Om zes uur wordt ik gewekt door het gezang van de Gibbons. Dit doen ze om terratorium af te bakenen en indruk te maken op soortgenoten. Er is nog een familie in het ‘park’ te vinden en deze is zeer moeilijk te spotten. Na de koffie en het ontbijt vertrekken we om 9 uur dieper de jungle in. We gaan de verschillende boomhutten bekijken. Het is veel lopen op vaak onbegaanbare paden. Om afstanden sneller af te kunnen leggen en omdat het zo gruwelijk vet is, zijn ziplines gespannen door de jungle. De langste is ongeveer 500 meter. Ik krijg de toestemming van onze guides om te remmen op een van de ziplines voor een paar goede foto’s. Echt goede foto’s zijn het niet geworden. Wel is het bijzonder om zo’n 50 meter boven de grond te hangen aan een touwtje, met een uitzicht waar je u tegen zegt. Na alle boomhutten gezien te hebben, kunnen we concluderen dat we de hut met het beste uitzicht hebben gekregen. Dicht bij een van de boomhutten houdt de guide Ninpo me tegen en fluistert ‘look, Gibbon’. Ik ben een van de gelukkige. Het was maar een seconde of vijf maar ik zag een zwarte Gibbon slingeren van boom tot boom. Mooi momentje. In de namiddag komen we vrij afgepeigerd aan in onze boomhut. Na het eten en warme chocomel gaat iedereen ook naar bed. Ik slaap als een baby. Dat was wel wat anders de eerste nacht.
De volgende ochtend worden we weer gewekt door zingende Gibbons. Mijn klamboe ligt vol dode muggen. Allemaal gestorven aan mijn anti-muggen spray. Ze hebben jammergenoeg wel mijn beide voeten te pakken gehad. Ik heb zo’n 15 muggenbulten per voet. Na de koffie en het ontbijt is het tijd om terug te gaan naar de bewoonde wereld. We mogen gelukkig nog wat vrij ziplinen..het blijft leuk. Aan alles komt een eind. Na een lange tocht komen we terug bij het dorpje. De Toyota brengt ons terug naar Huay Xai. Hostel boeken, douchen, wasje doen en voeten omhoog. Het was een topervaring, eigenlijk niet in woorden te beschrijven. Het kostte flink wat knaken, maar ik zal deze bijzondere dagen nooit meer vergeten.

De volgende dag pak ik de Slowboat naar Luang Prabang. Deze tocht duurt twee dagen en gaat over de Mekong rivier. Het is gewoon een lange open boot met losse autostoelen erin. De tocht op dag 1 duurt zo’n zes uur. Overnachten gebeurt in Pak Beng, een piepklein dorpje. Prijzen liggen hier over het algemeen toch wat hoger dan in Thailand merk ik. Mijn guesthouse is de smerigste so far. Geen WC-bril, mieren, motten, muggen, spinnen, kakkerlakken en mijn witte handdoeken zijn bruin en zwart van vorige gebruikers. De volgende dag word ik ook nog opgelicht. Omdat ik weinig tijd zou hebben in de ochtend, had ik al een dag eerder mijn ontbijt besteld en betaald bij een kerel die aan mijn deur kwam. De volgende ochtend ging ik naar de desbetreffende toko, maar daar werd ik door die zelfde kerel gewoon uitgelachen. ‘Wat ontbijt besteld? Hier heb je de kaart...bestel maar opnieuw’. Weer wat geleerd...beetje naief om van te voren te betalen. De boot van Pak Beng naar Luang Prabang duurt zo’n zeven uur. Helaas kan deze plaats de hoge verwachtingen niet waarmaken voor mij. Het hostel was echt kil en de Franse cultuur werd me wat te veel. Het was het allemaal net niet. Ik heb de tempels bezocht en een waterval (wat overigens wel gaaf was). Ook heb ik echt waanzinnig gegeten bij de lokale pizzaboer. Maar na twee dagen had ik het wel gezien in Luang Prabang, terwijl sommige mensen hier echt een week blijven.

Next stop: Vang Vieng. Deze plaats staat bekend om het feesten en met name om het tuben, een soort kroegentocht, maar dan in een autoband over de rivier. Het tuben was tijdelijk verboden, omdat er maandelijks lichamen uit de rivier gevist moesten worden. Er waren toentertijd ook 43 kroegen langs de rivier, nu nog maar 5. Er verdrinken overigens nog steeds wel eens mensen daar. Op de dag van aankomst heb ik absoluut helemaal niets gedaan. In de tuin van het hostel bevond zich een plek met hangmatten en matrassen. Ideale plek om te chillen en mensen te ontmoeten. Het werd erg gezellig met een select gezelschap en rond een uur of vier ’s nachts pas de plek verlaten. De volgende dag ben ik gaan tuben. Je wordt een paar kilometer verderop gedropt bij een bar. Daar gaat het dak er al vanaf met welkomstshotjes en bierspellen. Ik ben gewoon wat rond gaan lopen en mensen gaan ontmoeten. Na een tijdje sluit de bar en gaat iedereen in een tube naar de volgende kroeg. De afstanden zijn misschien net 50 meter. De bedoeling is om om zes uur ’s avonds terug te zijn om je borg terug te krijgen. Niemand heeft dit echter gehaald. Het was een zeer gezellige dag, veel mensen ontmoet en met flink wat drank op, op mijn bed in slaap gevallen. De volgende dag heb ik een scooter gehuurd en ben ik naar de Blue Lagoon gegaan. Als ik had geweten dat de weg zo slecht was, dan had ik nooit een scooter gehuurd. Een groot modderpad, waar ik koeien, ganzen, geiten en een slang heb moeten ontwijken. Ik kwam zelfs vast te zitten in de drap en moest door twee Koreanen eruit getrokken worden. De Blue Lagoon bleek een riviertje te zijn vol met Chinezen. Ze zwemmen allemaal overigens in hun kleren. Ik baalde best wel, aangezien ik aan een prachtig blauw meer dacht. Ook nog ff snel in de bijliggende grot gegaan. Daarnaast zsm weer terug gereden naar Vang Vieng. Vanuit daar ben ik naar een waterval gereden. Bleek eigenlijk precies hetzelfde te zijn: vreselijke weg erheen, waterval stelde niet veel voor, Chinezen overal. Na een verfrissende duik, vond ik het wel mooi geweest en heb ik in Vang Vieng de scooter weer ingeleverd. ’ s Avonds naar mijn favoriete lokale restaurantje gegaan en daar liep ik Gabriel tegen het lijf, die behoorde tot het groepje op de eerste avond. Samen zijn we op stap gegaan. Ik had de volgende dag wel een minibus naar de hoofdstad Vientiane om half 9. Wie mij een beetje kent, weet dat in deze situatie het altijd uit de hand loopt met mij. Dat gebeurde dus ook. Van 8 tot 9 was het namelijk happy hour met gratis drank. Vele whiskey cola’s later was het 9 uur. Toen ging het dak in de bar er wel af. Ik heb nooit geweten dat Koreanen konden feesten, maar dat kunnen ze blijkbaar dus wel. Uiteindelijk heb ik mezelf, na een legendarische avond, om half 2 naar bed gestuurd.

De stapavond trilde na de volgende ochtend. Voelde me redelijk slecht, maar ik heb me er door heen weten slaan. Ik kwam rond 2 uur aan in de hoofdstad Vientiane. De stad is eigenlijk hetzelfde als Amsterdam: zo snel mogelijk er door heen. De Franse invloed is hier heel goed te zien: restaurantjes, bistro’s, de architectuur en zelfs een Arc de Triomphe. Deze boog werd gebouwd met Amerikaans geld, dat eigenlijk bedoeld was voor een nieuw vliegveld. Naast de Arc, het enorme presidentiele huis en de dure auto’s (een gouden Porche), is er niet heel veel te zien. Ik heb daarom ook een groot deel van mijn dag doorgebracht in het hostel en wat series gekeken. De volgende dag ben ik onder een boom gaan zitten in de schaduw en ben ik op m’n e-reader gaan lezen (Tip: Never Fall Down van Patricia McCormick over een jongen die het Khmer Rouge regime in Cambodja overleefd).

Om half acht ’s avonds heb ik een slaapbus naar Si Phan Don gepakt, vierduizend kleine eilandjes in de Mekong. In de bus ontmoette ik Thomas en Lukas, twee Duitsers. Omdat de bus niet vol zat. Had ik een tweepersoons bed voor me alleen. Tweepersoons is eigenlijk gemaakt voor twee hele dunne en korte mensen. Dus ik ben maar diagonaal gaan slapen. De bus reed eerst naar Pakse, een rit van bijna 10 uur. Aangezien de wegen niet van de beste kwaliteit zijn en de chauffeur elke minuut op z'n toeter drukte, werd het een wisselvallige nacht. Om 7 uur 's ochtends de bus (en korte bootrit) gepakt van Pakse naar Don Det, een van de eilanden en het eiland met de meeste backpackers. De twee Duitsers en ik besloten een kamer de delen. We zijn 's middags op een fietsje het eiland en Don Kong, een ander eiland, gaan verkennen. We zijn naar een waterval gegaan en heb en wat gepoold. De middag eindigde we op het uiterste puntje van Don Kong, waar we Cambodja al konden zien liggen. Een local nodigde ons uit op z'n terrasje. Het werd een heel vreemd handen en voeten gesprek met een aantal biertjes. De beste man was volgens mij ook flink onder invloed. Softdrugs wordt hier namelijk openlijk verkocht in barren. Er is geen politie op het eiland, dus iedereen doet hier maar wat. Inmiddels was het al donker en moesten we nog een uur terug fietsen, zonder licht over donkere zandpaadjes. De fietsen waren ook niet meer waard dan de huurprijs (1€), de ketting vloog er elke 100 meter af. Gelukkig heelhuids aangekomen. De Duitsers houden wel van bier, ik heb weinig mensen zoveel zien drinken. 's Avonds dus de bar ingegaan. Alles sluit echter om 11 uur, dus redelijk vroeg te bed. Na een goede uitslaapbeurt, zijn we met nog twee Duitse meisjes, Nell en Nele, naar het zwembad gegaan. Ze kenden elkaar al van Thailand. Een hele dag lekker niksen. De avond wederom geëindigd in de bar. Thomas en Lukas zijn echt twee gouden kerels en ik kan er goed mee lachen. Prima gezelschap dus. Met de twee meisjes is de voertaal echter verschoven naar Duits, wat me een beetje een vijfde wiel aan de wagen maakt. Dat brengt me een beetje terug naar mijn tijd in Slovenië, waar ik soms alleen zat tussen 10 Portugese vrienden. Gelukkig is Duits nog wel te verstaan en kan ik meepraten in het Engels. Op de laatste dag in Don Det zijn we gaan kayaken op de Mekong. Onderweg geluncht in Cambodja en twee watervallen bezocht. Ook konden we wilde dolfijnen spotten op de rivier. De Mekong is niet zomaar een rivier , het is echt groots en overweldigend. Het kayaken was leuk en de laatste avond in de bar ook. We speelden bijna Jenga uit, met de druk van zo'n 20 man publiek. Tijd voor een WK denk ik zo.

Op de vroege ochtend gaan we de reis naar Siem Riep, Cambodja maken. Daarmee eindigt m'n verslag over Laos ook. Ik ben al een aantal dagen in Cambodja nu, maar dat bewaar ik voor de volgende keer. Laos was echt geweldig. Ik had hier eigenlijk de minste verwachtingen van, maar het heeft alles overtroffen. De relaxte sfeer, de vriendelijke mensen, de geweldige natuur en de leuke plaatsjes zijn een gouden combi gebleken. Ik ga het missen, al is Cambodja tot nu toe al een waardige vervanger.

Sabadee

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Laos, Don Det Tok

Zuid-Oost Azie

Bestemming 1: Noord-Thailand

Recente Reisverslagen:

13 Oktober 2015

Myanmar

24 September 2015

Vietnam

02 September 2015

Cambodja

22 Augustus 2015

Laos

01 Augustus 2015

Thailand
Thomas

Actief sinds 21 Jan. 2014
Verslag gelezen: 333
Totaal aantal bezoekers 6616

Voorgaande reizen:

23 Juli 2015 - 03 Augustus 2015

Zuid-Oost Azie

15 Januari 2014 - 04 Juli 2014

Exchange Ljubljana

Landen bezocht: